Er wordt onderscheid gemaakt tussen bekkenscheefstand en bekkenverwringing. Bij een bekkenscheefstand staat het bekken (horizontaal gezien) aan één kant lager dan aan de andere kant. Bij een bekkenverwringing staat de ene bekkenhelft ten opzichte van de andere bekkenhelft naar achteren gedraaid. Een bekkenscheefstand kan veroorzaakt worden door bijvoorbeeld een trauma, spierzwakte, een beenlengteverschil of een verkeerde houding. Door de scheefstand ontstaat er een disbalans in spieren, pezen en zenuwen, waardoor klachten kunnen ontstaan. Pijn kan zich uiten in onder andere de rug, heupen en knieën. De behandeling wordt gekozen afhankelijk van de oorzaak van de scheefstand. Als de oorzaak bijvoorbeeld bij een standsafwijking ligt, worden er podotherapeutische zolen gemaakt om dit te corrigeren.
Een bekkenscheefstand kan verschillende oorzaken hebben. Het kan optreden na een bevalling, als gevolg van een val of spierzwakte, na een ongeluk, door wervelblokkades, bij een aangeboren beenlengteverschil, door langdurige stress met een gespannen houding, een verkeerde zithouding en/of slaaphouding, een afwijkende voetstand, heupafwijkingen of bekkeninstabiliteit. Symptomen van een bekkenscheefstand variëren, afhankelijk van waar het lichaam compenseert. Compensatie vanuit de wervelkolom kan leiden tot nekpijn, hoofdpijn, schouderpijn, rugpijn of heuppijn met uitstraling naar de benen. Compensatie vanuit de benen kan leiden tot kniepijn en andere klachten in de benen. Sommige mensen ervaren ook het gevoel scheef te staan, of anderen wijzen hen hierop.
Bij een bekkenscheefstand staat het bekken aan één kant lager dan de andere kant (horizontaal gezien). Door een bekkenscheefstand kunnen er klachten ontstaan, zoals lage rugpijn, pijn in het bekken of in de benen. Dit komt doordat het lichaam de scheefstand probeert te compenseren.
Als uw registerpodoloog een beenlengteverschil of een andere afwijkende stand constateert, kan hij of zij corrigerende zolen voor u maken. Deze zolen zullen de voet in een neutralere stand brengen en/of het beenlengteverschil compenseren, wat de klachten zou moeten verminderen. Indien er een draaiing in het bekken wordt vastgesteld (bekkentorsie/bekkenverwringing), kan de registerpodoloog u doorverwijzen naar een manueel therapeut, orthomanueel arts, osteopaat of chiropractor. Deze kan dan onderzoeken of het bekken met eventuele manipulaties rechtgezet kan worden.
De aanpak van de klachten hangt sterk af van de specifieke oorzaak. Als de klachten voornamelijk worden veroorzaakt door een verkeerde houding tijdens zitten, staan en/of slapen, is het belangrijk bewust te zijn van de houding en proberen deze te verbeteren. Het vermijden van stress kan ook helpen om de spanning op de spieren te verminderen. Het is raadzaam om deze aspecten in overweging te nemen en indien nodig advies te vragen aan een specialist zoals een registerpodoloog, fysiotherapeut of ergotherapeut.
Wilt u advies of geholpen worden? Neem dan contact met ons op en plan direct een afspraak.